Categorie | Informatiebeveiliging

UMC’s concentreren op modernisering en beveiliging

De omzet van de Universitair Medische Centra in Nederland is in 2009 minder hard gegroeid dan in eerdere jaren. De groei van de zorguitgaven nam nog sterker af. Dit lijkt het begin van een trendbreuk. Omdat de kosten wel stegen daalde het bedrijfsresultaat met 17% tot niet meer dan 1,8% van de omzet. Dat blijkt uit een nieuw “Financieel rapport UMC’s 2010” van AME Research. Het rapport stelt dat de marktwaarde van de UMC’s is afgenomen.

Hoofdpunten

  • Omzetgroei neemt af, bedrijfsresultaat daalt
  • Kostenbesparing van 5,3% nodig
  • Kloof tussen zorguitgaven en BBP groeit
  • Solvabiliteit verbetert, rendement zwak
  • Langlopende schulden nemen toe, rente stijgt
  • Modernisering en veiligheid ICT topprioriteit
  • Erasmus financieel beste UMC
  • Radboud financieel hekkensluiter

De UMC’s hebben in 2009 voor €2,6 miljard aan langlopende leningen uitstaan. Dat is 45,3% van hun balanstotaal. Na een flinke daling van de langlopende schulden in 2007 en 2008 zijn deze schulden in 2009 weer met 14% toegenomen, in totaal met €326,6 miljoen. Gemiddeld betaalden de UMC’s in 2009 5,05% rente over de leningen, beduidend boven de rente op staatsleningen met een looptijd van 5-6 jaar die aan het eind van het jaar 3,1% bedroeg. In 2009 is het verschil met de rente op staatsleningen opgelopen tot 62,9%, een symptoom dat financiers lenen aan universitaire ziekenhuizen riskanter vinden dan aan de staat.

Uitgaande van 7,56% internationale kapitaalkosten blijkt dat de UMC’s ook in 2009 nog macro-economische waarde vernietigen. Er is een besparing van 5,3% op de totale bedrijfskosten nodig om te bereiken dat de UMC’s gaan bijdragen aan materiele welvaart.

Uit het onderzoek blijkt dat de UMC’s circa €250 miljoen aan ICT uitgeven en zich concentreren op modernisering en beveiliging van hun ICT systemen waarvan zij volledig afhankelijk geworden zijn.

Bron: AME Research

Laat een reactie achter

*

Digitalezorg.nl Magazine

Blijf op de hoogte via Twitter