Categorie | Zorginnovatie

Online veranderen en verbeteren van gezondheidsgedrag

Op 31 januari promoveerde Francine Schneider van het Maastricht UMC+ op onderzoek naar het optimaliseren van bereik en gebruik van leefstijlinterventies via internet. Het programma was gericht op fysieke activiteiten, groente – en fruitconsumptie, rookgedrag en alcoholinname. Een van de conclusies van de promovendus luidt dat onlineprogramma’s kunnen en moeten worden verbeterd om mensen met een ongezondere leefstijl effectiever te bereiken.

Internet vormt een veelbelovend platform voor het aanbieden van leefstijlinterventies gericht op bevordering van de gezondheid. In Nederland heeft bijna 93% van de bevolking toegang tot het internet en potentieel bereik via dat medium is daarmee hoog. Toch voldoen allerlei online leefstijlinterventieprogramma’s niet aan de hoge verwachtingen, met name als het gaat om het bereiken van groepen die de interventie het best kunnen gebruiken. Om de impact van deze interventies op de volksgezondheid te vergroten, is in het onderzoek gekeken naar factoren die bereik en gebruik van die programma’s kunnen vergroten.

Leefstijlinterventie
De studie is aangesloten bij onderzoek naar gezonde leefstijlen door de gemeentelijke gezondheidsdiensten in Brabant en Zeeland. Er zijn ongeveer 100.000 inwoners uitgenodigd om mee te doen aan een gezondheidsenquete. 43% Heeft de enquete daadwerkelijk geretourneerd waarvan bijna 17.000 via internet. Deze online groep is vervolgens uitgenodigd om mee te doen aan het e-interventieprogramma. Daarvan hebben ongeveer 5.000 deelnemers daadwerkelijk het programma online bezocht. Bij nadere inspectie bleek dat een relatief gezonde groep mensen zich aanmeldt.

Gedragsverandering
De leefstijlinterventie bestaat uit twee delen. Na aanmelding ontvangen mensen eerst een persoonlijk gezondheidsoverzicht met informatie over hun huidige leefstijl. Vervolgens kunnen ze met behulp van een stappenplan aan de slag met het veranderen van hun leefgewoonten. In totaal hebben 2110 mensen een begin gemaakt met het stappenplan. In het eerste gedeelte krijgt men inzicht in de voor en nadelen van gezond gedrag en de rol van de omgeving. Vervolgens gaat de deelnemer gedragsverandering voorbereiden en plannen. Als afsluiting leert men om te gaan met moeilijke situaties.

Volhouders
In het onderzoek is gekeken naar de hoeveelheid en het type mensen dat de interventie als eerste gebruikt of zoals Schneider zegt “een kijkje komt nemen”. Vervolgens wordt gekeken naar het aanhoudende gebruik en het herhaald gebruik. Om herhaald gebruik te stimuleren zijn reminders per email, zogenoemde prompts, verstuurd. Dit heeft een positief effect op het gebruik waarbij het effect nog groter is als de prompt vlak na bezoek van de interventie wordt verzonden. “Het blijkt dat het proactief aanbieden van de leefstijlinterventie een positief effect heeft op het bereik en eerste gebruik van de interventie. Wat gezien wordt is dat de mensen die de interventie herhaald gebruiken veelal een gezonde leefstijl hebben. Daarom is het van belang het gebruik door mensen met een ongezondere leefstijl in de toekomst nog verder te optimaliseren”, besluit de promovenda.

Francien Schneider is gepromoveerd met het proefschift “Reach out and Touch? Improving reach and use of an Internet-delivered lifestyle intervention”. 

Bron: MUMC+ (persbericht)

Laat een reactie achter

*

Digitalezorg.nl Magazine

Blijf op de hoogte via Twitter